zondag 25 oktober 2015

Vertrouw nooit je toiletpapier!

Al vanaf de eerste herinnering die ik heb, blijkt dat ik een onhandig iemand ben. Het is een kort visioen waarbij ik rechtop sta, mezelf in evenwicht houdend aan de bankleuning en vervuld van een onbedwingbaar verlangen de hond te aaien. Terwijl ik mijn maximaal twee jaar oude handje naar hem uitsteek, verlies ik mijn balans en val ik voorover op mijn gezicht. De herinneringen die volgen zijn van een aantal jaren later en het merendeel kenmerkt zich door hetzelfde thema: ik doe iets wat niet slim is en ik ga, dan wel letterlijk of figuurlijk, finaal onderuit.

Onhandigheid moet in deze niet verward worden met charmante klungeligheid en ook lompheid dekt de lading niet. Je hebt gewoon “van die mensen”, van die mensen zoals ik, die het keer op keer presteren zichzelf voor schut te zetten en daarmee ten prooi te vallen aan het soort dat daar ongeremd om lacht. Het zijn gênante taferelen die ontstaan vanuit mijn impulsiviteit; ze geven me het schaamrood op de kaken als ik eraan terugdenk. Bij nader inzien denk ik dat je het nog het best ongemakkelijk kunt noemen; ik ben een ongemakkelijke vrouw. Ook een moeilijke.

Een mooi voorbeeld is hoe ik in mijn vrijgezellentijd tijdens een uiterst stroef romantisch afspraakje even het toilet opzocht om mijn gezicht bij te werken. Ik schrok van wat de rode wijn had aangericht (en ik lust het niet eens): een zwarte tong en dieprode korst op beide lippen, mijn tanden gehuld in een gloed van donkerblauw. In paniek krabde ik mijn lippen schoon en wreef ik krachtig langs mijn gebit. Ik bekeek mezelf streng, maar besloot dat de avond nog te redden viel. Niet geheel ontevreden nam ik dan ook plaats op de wat ik hoopte toiletbril, maar deze bleek door de dronken Engelsman voor mij (damestoilet? Hallo?) niet omlaag geklapt te zijn. Ik viel dus net iets dieper het riool in dan wenselijk. Kort ervoer ik aan levende lijve hoe een goudvis zich moest voelen die door zijn vierjarige eigenaar bevrijd werd uit zijn kom om naar de oceaan te gaan. Na een hoge kreet van afschuw, klapte ik de bril terug en ik hervond mijn rust tijdens het plassen.

Geen rode wijn meer, Donna. Niet nadenken over de mannenurine aan je billen. Opgelucht stond ik op, ik trok mijn panty omhoog, de wc door en keerde terug naar mijn mannelijke metgezel.

Ik liep de bruine kroeg weer in waar de houten vloer doordrongen was van oud bier. De geur die dat geeft is een zurige, één die me doet verlangen naar de tijd dat sigarettenrook het enige was wat je de volgende dag uit je kleding moest wassen. Wat een armoe ook om nu zo gezamenlijk in de vrieskou aan een peuk te lurken. “Roken kan echt niet meer”, waardoor je met de mensen buiten staat die vanuit een burgerlijke ongehoorzaamheid toch vasthouden aan hun verzetje. Veelal zijn dat mannen met bromsnorren die op hun neus drukken waarna er een barkruk uit hun reet schiet. Die tot diep in de nacht met een schuimkraag om hun lippen quasifilosofisch de barman lastigvallen tot ze in slaap vallen op een bierviltje. Weer een reden om te stoppen met roken, zou je denken, maar verslavingsbereid als ik ben peins ik daar niet over.

Bij binnenkomst zag ik mijn date al wat beduusd naar me kijken. Ik glimlachte hem toe en liep om de tafel heen. Er werd gelachen – en ook hij proestte het uit.

“Heb je lekker zitten kakken?”, vroeg hij met luide stem, zoals het een ware gentleman betaamt.
“Uh, pardon?”, zei hij dit echt?

Hij wees opzichtig naar de strook toiletpapier die uit mijn panty stak. Mijn rok bleek voor een deel in mijn panty te zitten en ik had bij het ophijsen daarvan klaarblijkelijk een deel van de toiletrol meegenomen. De strook zweefde sierlijk achter me aan en ik huiverde bij de gedachte dat de halve kroeg zojuist een deel van mijn corrigerende slip had opgemerkt.

Het is slechts een voorbeeld in een database vol ongemak. Door de jaren heen ben ik het gaan waarderen als een deel van mijzelf... Alsof ik een keuze heb. Met een hoge dosis zelfspot poog ik het wat draaglijker te maken - en zeg nu zelf: zonder zelfspot geen komedie.

Het lijkt me overigens overbodig om nog te zeggen dat het met de betreffende man niets is geworden.

1 opmerking:

  1. Ohhh zo herkenbaar dit soort dingen.. ;-) En grosss die mannen die lekker op het vrouwentoilet de boel ondergieteren alsof het een bloementuin is die al weken droog staat. Gr.

    BeantwoordenVerwijderen