tag:blogger.com,1999:blog-31740525457821790412024-03-13T05:21:46.772+01:00van Donna.Mijn naam is Donna (28), een vrolijke, openhartige én optimistische vrouw met een aanstekelijk levensenthousiasme. Mijn grootste talent is zelfexpressie - en de weg daar naartoe heet 'mijn leven'.Donnahttp://www.blogger.com/profile/09340401228937232511noreply@blogger.comBlogger8125tag:blogger.com,1999:blog-3174052545782179041.post-59928154295994652582015-11-08T12:18:00.001+01:002015-11-08T12:31:11.111+01:00Voetbalplaatjes-terreurMomenteel is een tocht naar de Jumbo-supermarkt er één die menig kinderloze volwassene moet bekopen met een gegarandeerd trauma. Het dorp waarin ik woon bruist van kinderen die normaliter keurig op school zitten en daarna gehypnotiseerd voor hun Playstations. Ze bestaan, ergens, in burgerlijke eensgezinswoningen met uitgebluste ouders. Je hebt er weinig last van. Althans, dat was voor kort zo. Alles is nu anders en dat valt te wijten aan de hype die 'voetbalplaatjes' heet. <br />
<a name='more'></a><br />
De supermarkt in mijn dorpskern heeft een hek geplaatst om de kinderen tegen te houden. Dit hek staat op zo'n honderd meter van de ingang om te voorkomen dat in- en uitloop onmogelijk wordt. Achter het hek staan op ieder moment van de dag zo'n vijf tot tien kinderen, ze schreeuwen je toe bij aankomst en schelden je na bij vertrek.<br />
<br />
"Mevrouw, mag ik zometeen uw voetbalplaatjes?"<br />
"Ik wil ze!", "Nee, ik wil ze", "Ah, mag ik ze?"<br />
<br />
Niet geheel doordrongen van de ernst van de strijd om voetbalplaatjes, nam ik ze in het begin nog goedbedoeld aan van de cassière. "Ja, geef maar, voor de kinderen buiten", had ik geantwoord. Even zag ik een blik van pure wanhoop in haar ogen, alsof ze me kort probeerde te waarschuwen voor wat mijn altruisme teweeg zou brengen achter het dranghek. Ietwat ongemakkelijk bij de aanblik van deze doodsangst, nam ik de plaatjes in ontvangst en liep ik de supermarkt uit. Toen begon het.<br />
<br />
"MEVROUW!!!<br />
MAG IK UW VOETBALPLAATJES!"<br />
<br />
"NEE! HIJ HEEFT ER AL ZOVEEL GEHAD!<br />
GEEF ZE AAN MIJ!"<br />
<br />
"IK KRIJG ZE NOOIT VAN MENSEN.<br />
MAG IK UW PLAATJES!"<br />
<br />
"MEVROUW! MEVROUW!<br />
HIER! HIER! IK WIL ZE!"<br />
<br />
Verbijsterd liep ik in slowmotion op het hek af, waarachter zeven kinderen met uitgestrekte armen en roodaangelopen hoofden met smeekbedes probeerden mij te overtuigen van hun gunfactor. Even waande ik mij in een derdewereldland, waar de honger en de dorst met recht iedere vorm van gêne overstemden. Het was alsof ik door een asiel liep waar de ene verwaarloosde hond na de ander me probeerde te verleiden om zijn nieuwe bazin te worden.<br />
<br />
Mijn oog viel op het kleinste meisje van de groep. Ze werd door de grotere jongens bruut aan de kant geschoven en uitgekafferd, omdat zij hun kans op een nieuwe lichting plaatjes zoveel mogelijk poogden te vergroten. Echter, ik vocht mij door hun grijpgrage klauwen heen en overhandigde mijn plaatjes aan haar. Ze keek voldaan, maar niet op een schattige manier. Ik observeerde een zekere boosaardigheid door haar blonde krullen heen. Ze bedankte me niet, maar keek vergenoegzaam op naar alle afkeurende jongens.<br />
<br />
"Zij weer?!"<br />
"Zij krijgt altijd!"<br />
<br />
"Rotmens," sneerde één van de jongetjes mij toe. Perplex als ik was, droop ik af en besloot ik volgende keer een nieuwe techniek te kiezen.<br />
<br />
Maar welke strategie ik ook toepaste; mijn plaatjes geven aan de dikste, de stoerste, de lelijkste, de meest verlegene, de enige allochtone, het maakte geen verschil. Degene die de plaatjes kreeg, bleek een hebberig sekreet. En ik, ik liep uiteindelijk met de staart tussen de benen weer terug naar mijn auto. Een diepgeworteld gevoel van afwijzing en een loyaliteitsconflict rijker.<br />
<br />
Het moest afgelopen zijn. Niet langer zou ik meegaan in deze gekte. Dus toen de cassière mij opnieuw vroeg naar of ik voetbalplaatjes wilde, zei ik van niet. Ik was opgelucht, blij met dit wijze besluit. En ook de cassière gaf mij een goedkeurend knikje, alsof ik met deze stap een patroon had doorbroken waarmee ik een kleine bijdrage leverde aan een betere samenleving.<br />
<br />
"Pardon, mevrouw...", hoorde ik vanachter mij uit de rij komen.<br />
Ik draaide me om en keek in de vurige ogen van een vader. "Als u uw voetbalplaatjes niet hoeft, zou ik ze dan mogen voor mijn zoon? We hoeven alleen nummer 139 en 236 nog."<br />
<br />
"J-ja, natuurlijk.", stamelde ik. Ik keek de cassière schuldbewust aan. Ze schudde teleurgesteld haar hoofd en overhandigde de vader mijn plaatjes, die zonder mij te bedanken de verpakking openscheurde. "Weer niet!", riep hij gepikeerd, waarna hij me aankeek alsof ik hem expres de laatste twee nummers wilde onthouden. "Hier zal Job niet blij mee zijn."<br />
<br />
Met een gebogen hoofd en een brandend minderwaardigheidsgevoel verliet ik de supermarkt, om opnieuw onder vuur te komen van vijf helse kinderen achter het dranghek.<br />
<br />
"LAAT ME MET RUST!", wilde ik roepen.<br />
"TUIG! ONOPGEVOEDE MISDADIGERS IN SPÉ!<br />
MASSALE JEUGD-TBS MOETEN JULLIE KRIJGEN!"<br />
<br />
Maar zwijgzaam en verslagen liep ik naar mijn auto, terwijl ik de kinderen achter me minachtend hoorde concluderen dat "dat mens" (ik) "toch nooit goeie plaatjes had". Donnahttp://www.blogger.com/profile/09340401228937232511noreply@blogger.com0tag:blogger.com,1999:blog-3174052545782179041.post-81169270749580017962015-11-01T14:05:00.002+01:002015-11-01T14:23:05.130+01:00Even stilstaanDeze dag is volmaakt.<br />
<br />
Verplichtingen geannuleerd, vandaag hoeven we niets. Trekkende wangen van een wandeling door het zachtzonnige herftsweer. De zure nasmaak van verse bramen in mijn mond.<br />
<br />
In mijn geliefde, gebloemde onderbroek lig ik onder het zachtste dekentje verscholen, terwijl een zonnenstraal de kamer invalt om mijn schouders te verwarmen. Op de achtergrond het gegons van een voetbalwedstrijd op televisie en de nu en dan fanatieke kreten van mijn lieve vriend. <br />
<a name='more'></a><br />
In mijn handen mijn favoriete tijdschrift, waarvan ik met een engelengeduld en haast liefkozend de pagina's omsla. Ik lees over klein geluk en creatieve mensen, over persoonlijke worsteling én overwinning. We doen uiteindelijk ook maar gewoon allemaal ons best om ons bestaan te duiden. En, zo blijkt maar weer uit wat ik lees, is onze weg daarheen eigenlijk zelden een unieke. Dat inzicht is een verhelderende bevrijding voor mij.<br />
<br />
Ik besef me; dit heerlijke nietshoeven is puur geluk.<br />
Ik wil het voor altijd vangen, het vasthouden, het opeten, me eigen maken. Laat het voorgoed onderdeel blijven van wie ik ben, omdat ik leef om dit te zijn.<br />
<br />
Ik steek mijn hand uit, hij pakt hem en ik zeg:<br />
<br />
"Soms moeten we gewoon even stilstaan.<br />
Bij hoe goed we het hebbben. Samen.<br />
En hoe fijn ons leven is."<br />
<br />
Het zachte kneepje in mijn vingers verraadt dat dit moment van ons is.Donnahttp://www.blogger.com/profile/09340401228937232511noreply@blogger.com0tag:blogger.com,1999:blog-3174052545782179041.post-66387297590140140802015-10-28T14:30:00.002+01:002015-10-28T14:31:51.897+01:00Erkenning door woordenAltijd heb ik iets gehad met mooie woorden die tot een bepaald moment onontdekt voor mij waren. Ze openbaarden zich aan me in een periode dat ze al onbewust als een thema door mijn leven liepen. Ik had dan nog geen naam voor hetgeen ik voelde of ervoer, en middenin dat proces verscheen dan steeds eenzelfde woord. In boeken, tijdschriften, kranten, soms zelfs in simpele advertenties. Pas als ik het woord begon te herkennen en het uiteindelijk opzocht voor een definitie, viel alles als een puzzel in elkaar. Daarmee kreeg ik een inzicht dat me in staat stelde mijn strubbelingen te adresseren; zodra er een woord voor bleek te zijn, kon ik er afstand van gaan doen.<br />
<a name='more'></a><br />
In een periode waarin ik een continue onrust beleefde, een zoektocht maar niet wetend naar wat, was daar het woord "onbestemd" dat alles omvatte. In een levensfase waarin ik roekeloos voorbij ging aan alles wat voor mij belangrijk was, diende "lichtvaardig" zich plots aan. En zo waren er meer, de één meer voordehandliggend dan de ander: "onbevangen", "krampachtig", "dienstbaar", "eigenzinnig", "vilein", enzovoort. Ik vind het bijzonder dat ergens een woord aan geven voor mij de deur opent naar de benodigde verandering. Pas met een definitie van de emotie of de staat van zijn, lukt het mij er erkenning aan te geven. Met de erkenning van een probleem volgt de oplossing ervan.<br />
<br />
De laatste paar maanden merk ik dat ik uiterst lichtgeraakt ben. Er waait een woekerende frustratie door mijn lichaam die veelal tot uiting komt in onredelijke verontwaardiging of misplaatste woede. Steeds vaker trek ik de conclusie dat ik verrevan gemakkelijk ben in de omgang en bij onverwachte wendingen de situatie naar mijn hand probeer te zetten. Het strookt niet met eerdere overtuigingen die ik had over mijzelf. Ik dacht een open, flexibele persoonlijkheid te hebben, ruimte latend aan anderen en vrij van oordelen en afkeuring. Het tegendeel is tegenwoordig waar. Vaak betrap ik mijzelf op groeiende irritaties, verharding van opvattingen en soms zelfs op een lelijk egocentrisme. <br />
<br />
Het is niet leuk om mijn eigen slechte kanten te ontdekken en ermee geconfronteerd te worden in de omgang met anderen, mensen waarvan ik houd. Ik begreep tot vandaag ook niet goed waar het vandaan kwam en waardoor het zo slecht te beheersen viel. <br />
Maar vandaag - of nee: zojuist - passeert een woord de revue dat zich de afgelopen maanden al vaker aan mij poogde te verbinden. Het sluit volledig aan bij hetgeen ik tot dit moment uitsluitend onbewust ondervond. <br />
<br />
"Weerbarstig". <br />
Ofwel: als iets of iemand zich anders gedraagt dan je wilt, onwillig en opstandig, dwars en zich verzettend, niet buigzaam, onflexibel. <br />
<br />
"Weerbarstig" is momenteel tekenend voor mij - en doordat hetgeen ik beleef nu een naam heeft gekregen, is er voelbaar een last van mijn schouders gevallen. Ik erken het als een fase in mijn leven zonder het te veroordelen. Ik kies ervoor het naar mijn zelfbewustheid te verplaatsen, waardoor het geen gelegenheid meer krijgt mij te verbazen in mijn handelen. <br />
<br />
De ervaring leert dat ik er vanaf nu los van zal komen. En dat ik over een tijd ook dit woord kan toevoegen aan mijn woordenboek van wat ooit was.Donnahttp://www.blogger.com/profile/09340401228937232511noreply@blogger.com0tag:blogger.com,1999:blog-3174052545782179041.post-63881118903118472622015-10-28T12:39:00.000+01:002015-10-28T12:40:24.967+01:00 Fijne jeugdherinneringZodra mijn oma de voordeur achter zich dicht trok, omdat zij bijvoorbeeld naar gym ging of ging kegelen, zaten mijn opa en ik elkaar stilzwijgend aan te kijken. Ik, vanaf het uiterste hoekje van de gebloemde, groene bank. En hij vanuit zijn lederen fauteuil, zo één waar opa's nu eenmaal in horen te zitten. Het duurde niet lang tot onze mondhoeken omhoog krulden in een ondeugende grijns. Bij de eerste aanstalte die hij maakte tot bewegen, was ik al in uitbundige blijdschap opgesprongen.<br />
<br />
"We gaan naar de MCDonalds!"<br />
<a name='more'></a><div class="separator" style="clear: both; text-align: center;">
</div>
<div class="separator" style="clear: both; text-align: center;">
<a href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEi8xIu5ON9DfvbZ1795vQmWOIK7klWgHQbL0Z3mDFKMP-xhtsGbOiCDuHEP00Oeh-dtOO2MFvaTaFj6rDnVkUVWjh5kJPxJMl_n93RtnCkEcJY1LSww-jDs-X26xzvY0dljrJJgnAmnBV4/s1600/175073_1800814215529_1483378_o.jpg" imageanchor="1" style="margin-left: 1em; margin-right: 1em;"><img border="0" height="320" src="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEi8xIu5ON9DfvbZ1795vQmWOIK7klWgHQbL0Z3mDFKMP-xhtsGbOiCDuHEP00Oeh-dtOO2MFvaTaFj6rDnVkUVWjh5kJPxJMl_n93RtnCkEcJY1LSww-jDs-X26xzvY0dljrJJgnAmnBV4/s320/175073_1800814215529_1483378_o.jpg" width="240" /></a></div>
<br />
Huppelend over de galerij hield ik nauwlettend in de gaten of opa al kwam. Ik drukte vast op het knopje van de lift en hield de deur open, zodat hij enkel hoefde in te stappen. Tijdens de gang naar beneden rustte zijn grote hand liefdevol op mijn hoofdje. Het voelde wat zwaar, maar zo veilig en het dempte kort mijn hysterische enthousiasme. Hij haalde vakkundig zijn herenfiets uit de kelder en buiten nam ik plaats op de stang, waarna we de tocht richting MCDonalds inzetten.<br />
<br />
Mijn opa fietste rustig. En waar ik eerst nog stond te springen om zo snel mogelijk onderweg te zijn, voelde ik nu de kalmte overheersen. Ik dacht vaak na tijdens die fietstochtjes, over typische kinderdingen. Poppen, of Barbies, mijn zelfbedachte personages Kiki en Mala en hun laatste avontuur. Ik dacht na over buiten spelen, stoepkrijt, dat spinazie best wel lekker was. Juf Nel, paardenbloemen uitblazen, de verschillen tussen mijn kamer bij mijn moeder thuis en die bij opa en oma. Bovenal was ik eindelijk eens écht <i>onbezorgd </i>- en kletste ik de oren van opa's hoofd. Hij zei niet veel, maar ik weet dat hij ervan genoot.<br />
<br />
Bij de MCDonalds aten we ons vol. Met grote, vreugdevolle ogen sloeg ik mijn opa gade. Ik bedacht mij wel eens dat ik hem zo lief vond, zelfs wel net zo lief als mama.<br />
<br />
Als we weer thuiskwamen, vaak met iets meer haast, namen we weer plaats op dezelfde plekken. Het zou niet lang duren alvorens oma weer binnen zou komen en ons zou vragen hoe het ging en of we nog iets gedaan hadden.<br />
<br />
"Nee niets," jokte opa dan, "gewoon wat gezeten en gekletst, toch Donna?"<br />
Ik knikte overdreven, terwijl mijn schaterlach ons volledig verraadde.<br />
<br />
Mijn opa knipoogde naar me. En zuchtend maar met een glimlach schudde mijn oma dan haar hoofd.Donnahttp://www.blogger.com/profile/09340401228937232511noreply@blogger.com0tag:blogger.com,1999:blog-3174052545782179041.post-17711654019180538052015-10-25T22:29:00.000+01:002015-10-28T14:45:09.382+01:00Onze helden: brandweermannenVoor wie ik echt een enorme waardering heb is de brandweerman. Noem het gerust respect… Al is dat helaas een woord geworden dat wordt uitgekotst door mensen die helemaal niet meer weten wat dat is: respect. Dat heb je voor mensen die je bewondert, die stoer zijn, die iets doen waarvan je zelf niet weet of je ze ook zou kunnen als het moment zich aandient. Dat heb je niet zomaar - en toch vindt iedere idioot dat ie er recht op heeft. Hij verwart het met tolerantie voor zijn eigen bestaan. Dat is er heus – je bestaat nu eenmaal, hoe idioot je ook bent -, maar respect; dat heb je voor mensen die iets doen wat ertoe doet.<br />
<a name='more'></a><br />
Ken je die reclames nog, waarbij er een kerel wordt gewekt uit een diepe REM-slaap en dat ie dan een stemmetje hoort van: “Je hebt nu 30 seconden”? En hoe je hem dan met een ochtenderectie de trap af ziet stevenen en kapot ziet gaan in de vlammen? <br />
<br />
Oké, het specifieke beeld heb ik er misschien zelf bij bedacht, maar feitelijk is dat wel hoe het eruit zou zien bij menigeen van ons, of in ieder geval bij onze mannen.<br />
<br />
Zelf heb ik er ook wel eens gebiologeerd over nagedacht. Want hoe veilig je ook bent met dertig rookmelders om je heen; als er daadwerkelijk eentje afgaat en het is menens, dan ben je toch mooi de pineut. Want daar lig je dan in je naakte alles, je van geen kwaad bewust… Tot het rookalarm gaat en je binnen dertig seconden buiten moet staan. Het lijkt me een vrij unieke ervaring om (cellulitis en al) naar buiten te rennen en je huis in vlammen op te zien gaan. De aanloop van sensatiebeluste buurtgenoten daargelaten; je blote reet verwarmen aan je eigen huis…<br />
<br />
Daar heeft iedereen een mening over.<br />
<br />
Hoe gaaf zijn de echte brandweermannen, die tegen alle menselijke instincten in júist op een brand afrennen. Die zoiets hebben van: “Hallo! Zie dat huis! Dat brandt! Daar ga ik naartoe!” <br />
<br />
In plaats van ‘weg’. <br />
Gewoon: weg.<br />
De zon schijnt.<br />
Het is een mooie dag en mijn bank roept me.<br />
Er is wat lachwekkends op tv.<br />
<br />
En dan niet van: “Ik sla de katten om me heen en grijp de beste fotoalbums.”<br />
<br />
Nee.<br />
<br />
“Ik ga ervoor; ik ga erin. Zelfs als er niks te halen valt; zelfs als we het hebben over een verzakte Klippan en een kleverig gastfornuis: ik ga redden wat er te redden valt.”<br />
Wat een moed en wat een lef.<br />
Het is een ziekelijk dapper beroep.<br />
<br />
Ik heb zelf plichtsgetrouw mijn BHV-pasje (bedrijfshulpverlening) behaald. Een onderdeel daarvan is dat je een brandje moet blussen in een grote container. Zo’n brand waarbij alle middelen voorhanden zijn, maar waarvan de instructeur je vertelt:<br />
<br />
1. Hoe ze werken<br />
2. Waar ze staan en <br />
3. Hoe te handelen <br />
<br />
Ofwel: <br />
1. Hoe te huilen<br />
2. Waarheen te rennen en<br />
3. Hoe te hopen dat een ander het oplost.<br />
<br />
In een groep vol enthousiaste collega’s, maakte dat mij degene die de hele bende op stond te wachten om koppen te tellen en het succes-biertje uit te delen.<br />
<br />
Het is hard; maar ik ken mijn zwaktes. Je moet mij geen brandende keet in sturen. Ik verlam, ik verbleek. Ik ben verrevan een held. Mijn natuurlijke instinct roept: “WAT DOE JE HIER NOG!!! ER IS BRAND, HOOR!!!” en mijn relativeringsvermogen is het daar vervolgens onherroepelijk mee eens.<br />
<br />
Als brandweerman daarentegen ben je erop getraind om een brand tegemoet te treden. Om hem te blussen en degenen die ermee te maken krijgen te redden. Als je het hebt over respect, dan is dit beroep er één dat het zou moeten krijgen. Er zijn genoeg kleinschalige helden die katten uit bomen halen of voetballen uit tuinen, maar mannen van de brandweer zijn van een heel ander kaliber. Het zijn teams die gezamenlijk zorg dragen voor onze noodoproepen. Die levens redden en daarmee nare rookwolken en zorgelijke vlammen trotseren. Terwijl het tegelijkertijd veelal mensen zijn die thuis genoeg te verliezen hebben. Waarom zou je dat doen; waarom zou je iets van jezelf opofferen om gezamenlijk als “de brandweer” op te treden? <br />
<br />
Is dat dapperheid?<br />
Is dat moed?<br />
Is dat een verscholen opofferingsbereidheid die terug te herleiden valt in de psychologie?<br />
Of is het gewoon spanning? Adrenaline? Een passie die je pas begrijpt als je “bij de brandweer” zit?<br />
<br />
Wat de reden ook is, wees eerlijk:<br />
Je hebt het maar getroffen als ze voor je neus staan, vlak nadat je rookalarm je in dertig seconden de straat op heeft gestuurd. En dat uniform -maar dat is even tussen ons- staat ze zo ontzettend goed...<br />
<br />
dat je eigen lichtverbrande cellulitis-kont omringd door buurtgenoten gewoon een bijzaak is geworden.Donnahttp://www.blogger.com/profile/09340401228937232511noreply@blogger.com4tag:blogger.com,1999:blog-3174052545782179041.post-61594266994913737522015-10-25T11:15:00.002+01:002015-10-25T11:22:01.450+01:00Vertrouw nooit je toiletpapier!Al vanaf de eerste herinnering die ik heb, blijkt dat ik een onhandig iemand ben. Het is een kort visioen waarbij ik rechtop sta, mezelf in evenwicht houdend aan de bankleuning en vervuld van een onbedwingbaar verlangen de hond te aaien. Terwijl ik mijn maximaal twee jaar oude handje naar hem uitsteek, verlies ik mijn balans en val ik voorover op mijn gezicht. De herinneringen die volgen zijn van een aantal jaren later en het merendeel kenmerkt zich door hetzelfde thema: ik doe iets wat niet slim is en ik ga, dan wel letterlijk of figuurlijk, finaal onderuit. <br />
<a name='more'></a><br />
Onhandigheid moet in deze niet verward worden met charmante klungeligheid en ook lompheid dekt de lading niet. Je hebt gewoon “van die mensen”, van die mensen zoals ik, die het keer op keer presteren zichzelf voor schut te zetten en daarmee ten prooi te vallen aan het soort dat daar ongeremd om lacht. Het zijn gênante taferelen die ontstaan vanuit mijn impulsiviteit; ze geven me het schaamrood op de kaken als ik eraan terugdenk. Bij nader inzien denk ik dat je het nog het best ongemakkelijk kunt noemen; ik ben een ongemakkelijke vrouw. Ook een moeilijke.<br />
<br />
Een mooi voorbeeld is hoe ik in mijn vrijgezellentijd tijdens een uiterst stroef romantisch afspraakje even het toilet opzocht om mijn gezicht bij te werken. Ik schrok van wat de rode wijn had aangericht (en ik lust het niet eens): een zwarte tong en dieprode korst op beide lippen, mijn tanden gehuld in een gloed van donkerblauw. In paniek krabde ik mijn lippen schoon en wreef ik krachtig langs mijn gebit. Ik bekeek mezelf streng, maar besloot dat de avond nog te redden viel. Niet geheel ontevreden nam ik dan ook plaats op de wat ik hoopte toiletbril, maar deze bleek door de dronken Engelsman voor mij (damestoilet? Hallo?) niet omlaag geklapt te zijn. Ik viel dus net iets dieper het riool in dan wenselijk. Kort ervoer ik aan levende lijve hoe een goudvis zich moest voelen die door zijn vierjarige eigenaar bevrijd werd uit zijn kom om naar de oceaan te gaan. Na een hoge kreet van afschuw, klapte ik de bril terug en ik hervond mijn rust tijdens het plassen. <br />
<br />
Geen rode wijn meer, Donna. Niet nadenken over de mannenurine aan je billen. Opgelucht stond ik op, ik trok mijn panty omhoog, de wc door en keerde terug naar mijn mannelijke metgezel.<br />
<br />
Ik liep de bruine kroeg weer in waar de houten vloer doordrongen was van oud bier. De geur die dat geeft is een zurige, één die me doet verlangen naar de tijd dat sigarettenrook het enige was wat je de volgende dag uit je kleding moest wassen. Wat een armoe ook om nu zo gezamenlijk in de vrieskou aan een peuk te lurken. “Roken kan echt niet meer”, waardoor je met de mensen buiten staat die vanuit een burgerlijke ongehoorzaamheid toch vasthouden aan hun verzetje. Veelal zijn dat mannen met bromsnorren die op hun neus drukken waarna er een barkruk uit hun reet schiet. Die tot diep in de nacht met een schuimkraag om hun lippen quasifilosofisch de barman lastigvallen tot ze in slaap vallen op een bierviltje. Weer een reden om te stoppen met roken, zou je denken, maar verslavingsbereid als ik ben peins ik daar niet over.<br />
<br />
Bij binnenkomst zag ik mijn date al wat beduusd naar me kijken. Ik glimlachte hem toe en liep om de tafel heen. Er werd gelachen – en ook hij proestte het uit. <br />
<br />
“Heb je lekker zitten kakken?”, vroeg hij met luide stem, zoals het een ware gentleman betaamt.<br />
“Uh, pardon?”, zei hij dit echt?<br />
<br />
Hij wees opzichtig naar de strook toiletpapier die uit mijn panty stak. Mijn rok bleek voor een deel in mijn panty te zitten en ik had bij het ophijsen daarvan klaarblijkelijk een deel van de toiletrol meegenomen. De strook zweefde sierlijk achter me aan en ik huiverde bij de gedachte dat de halve kroeg zojuist een deel van mijn corrigerende slip had opgemerkt. <br />
<br />
Het is slechts een voorbeeld in een database vol ongemak. Door de jaren heen ben ik het gaan waarderen als een deel van mijzelf... Alsof ik een keuze heb. Met een hoge dosis zelfspot poog ik het wat draaglijker te maken - en zeg nu zelf: zonder zelfspot geen komedie.<br />
<br />
Het lijkt me overigens overbodig om nog te zeggen dat het met de betreffende man niets is geworden.Donnahttp://www.blogger.com/profile/09340401228937232511noreply@blogger.com1tag:blogger.com,1999:blog-3174052545782179041.post-62297748173708317742015-10-21T14:09:00.001+02:002015-10-21T14:12:34.212+02:00Today is a gift<em>De toekomst is slechts een concept dat we gebruiken</em><br />
<em>om te ontkennen dat we alleen vandaag hebben – welnu – ,</em><br />
<em>om de sleur van alle dag te vermijden</em><br />
<em>in de overtuiging dat het beter wordt.</em><br />
<br />
Teleurgesteld ontvlucht ik het muffe pand waar ik zojuist een avondvullende cursus Mindfulness heb bijgewoond, gegeven door twee amateurs die na een luxe retraite in India genoeg monniken hebben verafgood om zich nu als bekwame cursusleiders te profileren. <br />
<a name='more'></a>Van half zeven tot tien ben ik bestookt met een overdadigheid aan positivisme van het niveau <em>“Today is a gift, that’s why it’s called the present”</em>, die me zogezegd met een nieuwe bril de straat weer op zou sturen. De cursusleiders waren wel zo op elkaar ingespeeld dat het mijn wantrouwen wekte. Ze maakten elkaars zinnen af, hoorden elkaar tevreden aan en nodigden elkaar uit de klas mee te nemen in hun vervolmaakte levensvisie. Het riekte naar een geile affaire, waar hun beide partners geen weet van hadden. “Samen de les voorbereiden” ging geheid gepaard met banale handelingen op een yogamat. Ik verbeet mijn irritatie tot ik bloed proefde.<br />
<br />
Ter voorbereiding op de avond dienden we Eckhart Tolle te lezen met “De kracht van het nu”; een boek dat ik, na me door de eerste twintig zalverige pagina’s heen geworsteld te hebben, met de kracht van het nu aan de kant had geslingerd. Het is vast een grote zonde, immers behoort het tot één van de klassiekers in zweeftevenland, maar ik kwam er niet doorheen. Mezelf inbeelden een boom te zijn met wortelen in de aarde, dezelfde zuurstof ademend als die van al dat leeft… Het deed me slechts walgen van de gedachte dat ik dezelfde lucht zat te happen als waarnaar de cursusleiders snakten na hun dubieuze lesvoorbereiding. <br />
<br />
Voor me lopen twee medecursisten; ik hoor ze verzuchten dat ze zich verfrist voelen en ontdaan van allerlei kwelgedachten. Uitspraken over ‘hernieuwde energie’ en ‘opgeladen als aan een iPhone 6 charger’ doen me rillen van ergernis. Ze kunnen niet wachten tot week twee. <br />
<br />
Zelf verbaas ik me erover dat ik me hier voor heb geleend. Mijn vriendin stond erop dat ik de cursus zou volgen, dat het me goed zou doen om wat meer in contact te staan met mijn “innerlijke ik”. Het enige wat het tafereel me heeft opgeleverd is een groeiende aversie over deze vriendschap en een innerlijke ik die weer eens veel te veel geld heeft uitgegeven aan een onnozele, elitaire hype. Hoe verklaar je dat aan mensen met echte problemen, bijvoorbeeld in oorlogsgebied, dat je met je dikke, Westerse reet verlangt naar zelfacceptatie, mededogen en aandacht voor al dat het universum omvat. We zijn echt doorgeslagen in luxe en weten van gekkigheid niet meer wat we met onze tijd aan moeten. Daarom verzamelen we ons in TL-verlichte zalen, drinken we meer automaatkoffie dan we lusten en bazelen we gezapig over zelfontplooiing, in de hoop ons beter te gaan voelen over wie we zijn en wat we fout hebben gedaan.<br />
<br />
Het lukt me niet; meegaan in die gekte, mezelf zo serieus nemen dat ik onderdeel word van een gezelschap van slachtoffers en narcisten op zoek naar de reden van hun bestaan. We zijn niets, we worden niets, we gaan dood en drie generaties later wordt er nooit meer over ons geluld. We kunnen het maar beter erkennen voordat de waarheid ons drie cursussen verder en duizenden euro’s armer met de kracht van het nu in het gezicht komt slaan.<br />
<br />
“Hoe was het?”, sms’t mijn vriendin als ik net de voordeur sluit.<br />
- “Mijn ik heeft genoten.”<br />
“Fijn.”Donnahttp://www.blogger.com/profile/09340401228937232511noreply@blogger.com1tag:blogger.com,1999:blog-3174052545782179041.post-85509232287221982742015-10-19T22:08:00.003+02:002015-10-19T23:01:24.696+02:00Stickers van paarden<em>"Lief dagboek,<br /><br />Ik ben op Kevin en op Joeri.<br />Alleen Kevin scheelt 2 jaar.<br />Joeri is 8 en ik ben 9.<br />Kevin is 11 en ik ben 9.<br />Alleen Joeri ziet mij niet staan.<br />En Kevin lacht wel lief.<br />Ik weet niet meer wat ik moet.</em><br />
<br />
<em>Groetjes, Donna" </em><br />
<br />
<a name='more'></a>Het is, op de tekeningen voor mama, opa en de juf na, de eerste keer dat ik iets van mijn gevoelsleven begon vast te leggen. Een klein, gebloemd dagboek met zo'n goudkleurig slotje waarvan de sleutels verstopt lagen. De pagina's kleurden zachtroze met een ruitje en ik plakte het vol met stickers van paarden. Nooit heb ik iets met deze dieren te maken gehad, desondanks dienden de stickers twee verschillende functies:<br />
<br />
1. Het vullen van een dagboek.<br />
2. Het legen van een stickervel.<br />
<br />
Je denkt vast: wat is dat voor leeftijd om al zo bezig te zijn met welke jongens (jongetjes) je wel of niet zien staan. Het is een tergend thema dat ik in alle handgeschreven dagboeken terug kan lezen: een jong meisje tot een volwaardige adolescent op zoek naar iets wat ze zelf niet heeft gekregen. Zonder vader in mijn opgroeiende bestaan moest menig pokdalige puberjongen maar iets plaatsvervangends spelen. En ze deden het naar hartelust in alle mogelijke gedaanten. De rust is pas sinds bijna drie jaar een feit: ik vond die terug in zowel mijn huidige relatie, als in de vergeving van de man die er nooit was. En al leek het met 9 jaar nog zo waarschijnlijk; het bleek niet Joeri te zijn die dat diepgewortelde gevoel van afwijzing teweeg had gebracht. <br />
<br />
Je komt pas tot rust als je hen vergeeft die je nooit om je vergiffenis hebben gevraagd. Pas dan ontstaat de ruimte om jezelf te worden, losgekoppeld van hoge verwachtingen en droombeelden die je onbewust in een greep hebben gehouden. De bevrijding van die vergeving is niet in woorden uit te drukken, omdat het gaat om een oergevoel, een kracht die je altijd in je had maar pas daarna kon herkennen. Vanaf dat moment ga je plots jezélf erkennen - heel vreemd - en die vaardigheid is er daarna voorgoed. Geen teleurstelling kan daaraan toornen, geen tegenslag is overstijgend. Het is bijna triest voor de andere partij; dat ze van zoveel emotionele invloed plotsklaps worden teruggeworpen op een rol als figurant in je levensbioscoop.<br />
<br />
Ik merk het nu al bij mijn eerste blog sinds jaren: ik ben veel te eerlijk. <br />
Misschien maakt dat me wel uniek; tegenwoordig lees je uitsluitend over hoe druk mensen het hebben, hoe goed hun relatie is, hoe geweldig hun vrienden zijn, hoe inspirerend hun werkplek is en bovenal: hoe gelukkig iedereen zich voelt. <br />
<br />
<em>"Kijk, een foto van hoe blij ik ben!<br />Een foto van hoe leuk ik het heb!<br />Nou, nog eentje dan...<br />Een foto van hoe we hebben gelachen, dit weekend<br />en van hoe knap ik ben als ik net wakker word."<br />#nofilter #lovemylife</em><br />
<br />
Waren we maar allemaal zo stabiel gelukkig. Niet alleen is dat neurologisch onmogelijk; het is ook nog eens onderhevig aan eerdergenoemde hoge verwachtingen en droombeelden die ons doen afstevenen op een nóg verdere verwijdering van onze werkelijke emotiewereld. Het staat haaks op dat oergevoel en die kracht, waarin wél ruimte bestaat voor kwetsbaarheid en om je gewoon ongelofelijk machteloos en kut te voelen.<br />
<br />
(Ja, bij tijd en wijlen scheld ik - soms vooral om het plezier.)<br />
<br />
Hoewel ik me er onvermijdelijk ook schuldig aan maak, zie ik deze blog toch als een plaats om mijn anonieme lezer te vertellen over wat mij oprecht roert en bezighoudt. Ik vermoed niet dat er veel animo voor zal zijn en eigenlijk beïnvloedt dat me ook niet. Ik heb sinds tijden eindelijk de drijfveer hervonden om rauw en eerlijk te schrijven - en dat ga ik dan ook doen. Ditmaal geen schroom of ongemak, ditmaal geen misplaatste trots of angst die me doet stoppen. Ik ben op het punt gekomen dat ik het haast kwijt móet, allemaal - wat het ook moge zijn - en het zou gaaf zijn als je mee gaat lezen.<br />
<br />
<div class="separator" style="clear: both; text-align: center;">
<a href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEhMRjWVIuf068mMAtvRxA2L-tTOs7fcG55xRyF1-rAWFr6Jw45wofUvKUyTBjMtZ4Fs4jD1yKMIvRrbXPqmwn1OYRkRhXXTaIEuRjVnEpGpaqSBpVegMlrxgxkEpmiQdwTdLi3k-Z92W20/s1600/paard.jpg" imageanchor="1" style="clear: left; float: left; margin-bottom: 1em; margin-right: 1em;"><img border="0" height="200" src="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEhMRjWVIuf068mMAtvRxA2L-tTOs7fcG55xRyF1-rAWFr6Jw45wofUvKUyTBjMtZ4Fs4jD1yKMIvRrbXPqmwn1OYRkRhXXTaIEuRjVnEpGpaqSBpVegMlrxgxkEpmiQdwTdLi3k-Z92W20/s200/paard.jpg" width="200" /></a></div>
<br />
<br />
<br />
<br />
<br />
<br />
<br />
<br />
<br />
<br />
<br />
<br />
Liefs<br />
van Donna.<br />
-Donnahttp://www.blogger.com/profile/09340401228937232511noreply@blogger.com0